INGECHECKT: Ach, die Amerikanen toch

Ze tellen er koeien en dollars vanuit helikopters. Ze leveren wereldpresidenten, maar ze schieten er ook neer. Ze zitten met hun lederen boots bourbon te drinken naast het zwembad, fajitas bij de hand. Ze wensen iedereen a wonderful day. Yippie-yi-yay, yippie-yi-yo. Welkom in de Verenigde Staten! Hoe meer ik het bereisde, hoe meer plezier ik erin kreeg.

Amerika is een land dat gebukt gaat onder overproductie: te veel van alles. ‘Live large, think big’. Alles is hier groot: hun auto’s, hun snelwegen, hun cola’s en hun landschappen. Winkelcentra worden door snelwegen met elkaar verbonden, omdat de Amerikaan met zijn pick-up bij voorkeur tot in de etalage rijdt. Highways langs eeuwige horizonten huisvesten duizend benzinestations en evenveel fast food-restaurants. Prairie en zinderend asfalt zijn met mekaar versmolten. In het restaurant staan er zeventien soorten hamburgers op het menu, ‘s morgens op het ontbijt heb je de keuze uit drie soorten koffie en veertien soorten cornflakes.

God leeft, en hij baat een pretpark uit! Heer, hier zijn we! Jeruzalem ligt in Orlando, al heet het hier ‘The Holy Land Experience’, een ‘bijna-net-echt’-themapark over het heilige land. “Sjaloom, ‘t is dertig dollar”, roept men je aan de houten toegangspoort toe. Holy Land is een Disney-versie van Lourdes, waar iedere dag opnieuw niet alleen een realistische enscenering van de kruisiging van Christus plaatsvindt, maar waar zich ook de grootste bijbelcollectie ter wereld en het grootste schaalmodel van Jeruzalem in miniatuur bevindt. Het kleine park is eigendom van een steenrijke predikant die zichzelf beslist de Bobbejaan Schoepen van de katholieke pretparkindustrie mag noemen. En meermaals per dag worden alle gasten via dramatische ‘Via Dolorosa’-gezangen meer dan tweeduizend jaar terug in de tijd geflitst: Jezus wordt onder aanzwellende muziek aan het kruis gehangen, sterft en verschijnt even later opnieuw, gewassen en gestreken met blonde jonge haren, de look van een mooie oppergod. “Jezus leeft!” Halleluja.

Maar ik denk ook aan Top Gun en Lucky Luke in Arizona, daar waar je hersenen tijdens de zomermaanden koken, want gegarandeerd 40 plus. Arizona is booming, las ik een paar jaar geleden op de elektronische billboards tussen de andere advertenties voor advocaten en tandartsen door. Het piepkleine Tombstone (credo: iedere stad heeft een verhaal, wij hebben een legende), op een steenworp van de Mexicaanse grens, is een dorp dat zijn reputatie verdiende met een bekend straatgevecht. We schrijven 26 oktober 1881. Sheriff Wyatt Earp schiet in O.K. Corral (letterlijk: een omheining voor vee) de gemene broers McLaury en Billy Clanton neer. Alhoewel de hele schietpartij amper 30 seconden duurde, werden de paardenstallen naast de smidse en de zadelmakerij meteen wereldberoemd. Het gebeuren werd in de jaren ’90 niet alleen verfilmd, maar werd zelfs een gereputeerde titel in de stripreeks Lucky Luke. Ook nu nog is het de enige bestaansreden van dit stemmige gehucht, ooit een rijke zilvermijnstad waar het geld feestelijk verbrast werd in de talrijke saloons, bordelen en speelholen.

De spitante City of Angels, Los Angeles, “stad van de opgeblazen lippen, de topless rijlessen en 0800-nummers voor priesters en paragnosten”, schreef reiziger Michael Palin in zijn boek ‘De wereld rond’. Is LA (want niemand zegt Los Angeles voluit) een stad of zijn het 49 voorsteden op zoek naar een hart? In elk geval is er duidelijk iets vreemds mee aan de hand, iets onwezenlijks ook, maar het duurt even vooraleer je merkt wat het precies is. Neem nu het bewegingspatroon. Je rijdt maar door de XL-straten en over de oneindige highways. Je komt nooit een echt centrum tegen, alleen maar kruispunten waar andere wagens met zoemende airco halthouden om zich even later weer quasi-geruisloos in beweging te zetten. Voetgangers of fietsers zie je niet. Een voetganger is trouwens verdacht, want LA heeft bijna geen voetpaden. Neen, hier bollen alleen maar wagens door de straten, samen goed voor een reis naar Mars: dat is de afstand die de automobilisten van LA dagelijks samen afleggen. Los Angeles is niet alleen het wereldcentrum van de film, het ‘is’ een film. De stad als decor, de inwoners als acteurs en figuranten.

Las Vegas: neon in de woestijn. Gokken. Hier kan het niet alleen overal, hier moét het bijna overal. In de hotels geraak je alleen in je kamer als je het casino doorloopt. In de luchthaven zijn meer speelautomaten dan zitbankjes. De themahotels van Vegas spreken tot ieders verbeelding. Een railway in New York? In Parijs onder de Eiffeltoren lopen? Met een gondel over de Italiaanse kanalen? De piramide van Luxor? No problem in Vegas, en we zetten er nog een laser bovenop zodat ze ons tot op de maan kunnen zien. Trouwen? Yes, één huwelijk om de vijf minuten, luidt de reclameslogan. I do, I do, I do. File voor de kapel; wie te lang snottert, wordt buitengewerkt want de volgenden staan al klaar. Of organiseer een niet-officieel huwelijk. De kerkverkopers zijn namelijk niet echt geïnteresseerd in wat je wil, maar vooral in hoe je het wil. Laat dus rijden die stretched limo en spuiten die champagne. Huwelijkscrisis? Midlife crisis? Je vrienden imponeren? Bestel een vrije val. Wie geen zin heeft om met het vliegtuig naar de Grand Canyon te reizen, springt er doodgewoon uit. Tip: verkleed je als Elvis. Nog meer fun! Amerika dus. Olé U.S.A.

Gerrit Op de Beeck

 

 

 

 

 

Zelf op ontdekking gaan in de Verenigde Staten?

Ontdek hieronder welk deel van de Verenigde Staten perfect past bij jouw reiswensen!

Meer Amerika

Misschien is dit ook interessant voor jou?

alle artikels